voor een 20 tal stuks:
- 500 g tarwebloem
- 325 g magere melk
- 20 g verse gist
- 11,5 g zout
- 8,5 g suiker
- 225 g melkerijboter (ongezouten) of nog beter: getoerde boter
- maak een gistdeeg (meng de gist met de bloem en de meng, voeg hierbij de suiker en het zout en kneed alles tot een homogeen deeg)
- maak een rechthoek van het deeg en laat 2 minuten rusten
- rol het deeg uit tot een dikte van 0,5 cm
- bekleed de helft van de rechthoek met een dunne laag boter, maar laat de randen botervrij
- plooi de niet met boter bedekte helft deeg over de andere en druk stevig aan, zorg dat de randjes goed gesloten zijn
- draai de deeglap een kwartslag en rol dit opnieuw uit tot 0,5 cm en zorg dat er geen bloem meer op het deeg ligt
- plooi 1/3 deel deeg van bovenaan naar binnen, doe dit ook voor de onderste helft en vouw dit bovenop het het voorgaande stuk
- rol het deeg opnieuw uit tot 0,5 cm
- herhaal deze handeling nog éénmaal opnieuw (dit wordt het toeren van het deeg genoemd)
- verpak het deeg in folie en laat het minstens een half uur in de koelkast opstijven (overnacht lukt ook)
- rol het deeg zeer fijn (3 mm) uit tot een rechthoek van 20 cm breed en snij hieruit driehoeken van 20 cm op 15 cm
- leg de punt van de driehoek naar beneden en rol de driehoek in deze richting op
- trek licht aan de punt tijdens het oprollen zodat het deeg een beetje opspant
- leg de croissants in de vorm van een halve maan op een met bakpapier beklede bakplaat, let op dat de punt van de voorgaande driehoek onderaan ligt (zodat de croissant tijdens het bakken niet los kan komen)
- laat gedurende 60 minuten rijzen
- vernevel water over de croissants (dit ter bevordering van de krokantheid) met een plantenspuit
- bak de croissants gedurende 12 minuten op 225°C
Beste Astrid. Ik zie dat je veel recepten schrijft op je blog die uit mijn boekjes komen. Geen probleem voor mij, gelieve wel te vermelden dat ze uit mijn boekjes komen aub. Bedankt en nog veel bakplezier. Gr. Stefan Elias
BeantwoordenVerwijderen