Voor 1 taart (24 cm doorsnede):
- 1 vel bladerdeeg
- 300 g bosvruchten of frambozen of bessen of iets dergelijks (vers of diepvries)
- 170 g suiker
- 125 g amandelpoeder
- 150 g boter
- 3 eieren
- 50 g zelfrijzende bloem
- verwarm de oven voor op 200°C, bekleed de bakvorm met het vel bladerdeeg, leg hier bovenop opnieuw een bakpapier en vul de vorm met bakbonen (of iets dergelijks)
- bak de bladerdeeg 10 minuten voor
- maak ondertussen het beslag
- klop de boter met de suiker luchtig en voeg hier één voor één de eieren bij
- voeg het amandelpoeder en de bloem toe aan het mengsel en klop dit tot een homogeen deeg
- verlaag de temperatuur van de oven naar 180°C wanneer de bladerdeeg reeds 10 minuten heeft voorgebakken
- verspreid het amandelbeslag evenredig over de reeds voorgebakken bladerdeeg
- verdeel nu ook het fruit over de taart (indien je diepgevroren fruit gebruikt, zorg dan dat dit voldoende ontdooid is, zodat er niet teveel vochtverlies tijdens het bakken optreedt)
- bak de taart 40 minuten op 180°C, tot zowel de bladerdeeg als het amandelbeslag goudbruin kleuren
- laat voldoende afkoelen alvorens aan te snijden